Wat is het toch een smerig goedje, die stookolie! Eind oktober kregen we opeens te maken met tientallen zeevogels die in een olievlek terecht waren gekomen. Ze zaten besmeurd met kleverige zwarte smurrie op het strand. Samen met de vrijwilligers van de Texelse Wilde Dierenwacht haalden we de slachtoffers van het strand. Ook langs de kust van de rest van het land werden ze gevonden.

Onderkoeld en uitgedroogd
De verzorging van zo’n besmeurde vogel is heel intensief. Je kunt ervan uitgaan dat er om te beginnen twee acute problemen moeten worden opgelost als een vogel met olie op zijn veren in de opvang komt. Ten eerste is hij mogelijk onderkoeld. Door de olie kleven zijn veren aan elkaar en komt het water tot op zijn huid. Ten tweede heeft hij niet kunnen eten, waardoor hij uitgedroogd kan zijn. Mogelijk heeft hij bij het poetsen van zijn verenkleed ook olie binnengekregen.
Stabiliseren
Het eerste wat we doen als een vogel met olie binnenkomt, is zorgen voor warmte en vocht. Dit noemen we stabiliseren. Vervolgens bepalen we aan de hand van zijn gewicht en bloedwaardes zijn conditie. Zolang een vogel niet voldoende stabiel is, kan hij niet worden gewassen. Het wassen is namelijk enorm stressvol. Een vogel die nog te zwak is kan tijdens het wassen zelfs overlijden!
Centraal opgevangen
Het werd al snel duidelijk dat het om veel slachtoffers ging. Daarom is, een paar dagen nadat het eerste slachtoffer was gevonden, de opvang opgeschaald. In overleg met SON-Respons (Stichting Olievogels Nederland) is besloten de vogels die in Noord-Nederland aanspoelden te verzamelen in Wildopvang De Fûgelhelling in Ureterp. Hier zijn ze verder gestabiliseerd en zo snel mogelijk gewassen. Wij hebben 40 zeekoeten en alken overgedragen.
Gewassen
Twee zeekoeten die al stabiel genoeg waren, hebben we bij Ecomare gehouden en gewassen. Het wassen gebeurt met veel sop, steeds een nieuwe bak tot alle vuiligheid weg is. Daarna gaan we spoelen en nog eens spoelen. Er mag echt geen spoortje zeep achterblijven, want ook zeep voorkomt dat de veren waterdicht worden. Alles gebeurt met water van 40 graden Celsius, de lichaamstemperatuur van vogels. Eenmaal schoon moet de vogel zelf aan het werk: al poetsend maakt hij zijn verenpak weer in orde en waterdicht. Al met al is het een heel heftige ervaring voor zo’n dier!
