Tot nu toe werkte ik vooral bij de zeehonden, maar nu was het dan eindelijk zover dat ik ingewerkt werd in de Vogelopvang. Een heel andere tak van sport! Ik val met mijn neus in de boter, want het is natuurlijk de tijd van de jonge vogeltjes. Op het moment hebben we onder andere een aandoenlijke groep pulletjes van drie verschillende soorten watervogels bij elkaar. Het meest bijzonder vind ik de jonge reiger die uit Den Helder is gekomen. Het is al een flinke jongen en fel dat hij is!

Meer dan alleen vogels

In de Vogelopvang is het altijd een verrassing wat er binnenkomt. Eigenlijk voldoet de naam ‘vogelopvang’ niet echt; wildopvang is passender. We zorgen tenslotte ook met regelmaat voor kleine zoogdieren. Meestal gaat het dan om egels, maar we hebben ook wel eens jonge haasjes, konijnen en vleermuizen. Op het moment van schrijven hebben we alleen vogels, maar dat kan morgen zomaar anders zijn.

Pullen in een groep

De pulletjesgroep die we nu verzorgen bestaat uit zes kleine wilde eendjes, een heel klein waterhoentje en twee jonge bergeendjes. De pullen van de bergeend zijn te herkennen aan hun zwart-met-witte donsveren. Pullen van de wilde eend of krakeend zijn bruin met geel. Het waterhoentje is zwart en heeft steltpoten met lange tenen zonder zwemvliezen. Het gaat allemaal prima samen in een verblijf!

Jonge reiger

Bij Ecomare zijn we gespecialiseerd in de zorg voor zeevogels en andere grote vogels. We hebben er veel kennis over en goede faciliteiten voor. Als een collega-asiel bijvoorbeeld een jan-van-gent of aalscholver binnenkrijgt, komt hij dan ook vaak naar ons. Dat geldt ook voor de reiger die uit Den Helder is gekomen. Hij is uit het nest gevallen en is nog niet in staat om op eigen benen te staan. Hij heeft behoorlijk wat pit en kijkt enorm fel uit zijn ogen. We moeten ook heel goed oppassen voor zijn scherpe snavel!

Eiders naar crèche

Voor pullen van eiders hebben we een heel eigen oplossing: we brengen ze naar een zogenaamde ‘crèche’. Eiders hebben de bijzondere gewoonte om hun jongen bij elkaar te brengen en als groep te bewaken met de vrouwtjes. Een paar pullen meer of minder maakt ze niks uit, dus we kunnen eiderpullen uit de opvang er gewoon bijvoegen. Overigens is dat best een riskante onderneming, omdat de jongen zelfstandig naar de crèche moeten zwemmen en op dat moment onbeschermd zijn. Zijn ze eenmaal onderdeel van de groep, dan is het risico dat ze slachtoffer worden van een meeuw of roofvogel een stuk kleiner.